The Year of Bernard, Barack and the Asians

<--

Lijstjes zijn van alle tijden en alle seizoenen, maar ze tieren het weligst in december, de maand waarin de balans van het jaar wordt opgemaakt. Ik moet bekennen dat ze in alle soorten en maten aan mij zijn besteed.

De rangschikking is niet altijd even verrassend – wie zal er nog van hebben opgekeken dat Time Barack Obama koos als de man van het jaar – maar er zijn altijd wel saillante vondsten bij.

Een van de origineelste lijstjes van dit jaar vind ik de ‘tien slechtste voorspellingen van 2008’, bijeengesprokkeld door het tijdschrift Foreign Policy. Omdat het een Amerikaans blad is, is de keuze vanuit Europees perspectief een tikkeltje eenzijdig, maar dat mag de pret niet drukken.

Hillary Clinton

Als eerste prognose die door de realiteit verschrikkelijk onderuit is gehaald, wordt een citaat van de conservatieve commentator William Kristol opgevoerd, die eind 2006 voor de camera van Fox orakelde: ‘Als Hillary Clinton het moet opnemen tegen John Edwards en Barack Obama, verovert ze vast en zeker de Democratische nominatie. Alleen Gore vormt een serieuze bedreiging voor haar. Obama gaat in geen enkele primary van haar winnen. Dat durf ik hier gerust te voorspellen.’

Een kapitale misser – die Kristols carrière overigens niet veel schade heeft berokkend, want hij heeft inmiddels een vaste column in The New York Times gekregen. En de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat hij in die fase bepaald niet de enige was die Clinton als de onbetwiste favoriet afschilderde. Degenen die begin dit jaar nog al hun kaarten op Clinton zetten en haar als de kansrijkste – en trouwens ook de beste – kandidaat voor het Witte Huis kwalificeerden, hebben meer uit te leggen.

Zo verkondigde de Nederlandse opiniepeiler André Krouwel op 8 februari 2008, dus na Super Tuesday, onbekommerd: ‘Hillary heeft simpelweg de beste papieren voor het presidentschap!’ En hij was ervan overtuigd dat zij zich al concentreerde op de finale, ‘vandaar dat ze zo geïrriteerd doet als Obama het af en toe goed doet in peilingen of een voorverkiezing’.

Elite

Nog een stuk pijnlijker is de stelligheid waarmee de vaak in de Amerikaanse media optredende trendwatcher en beleggingsadviseur Donald Luskin op 14 september een recessie naar het rijk der fabelen verwees (nummer 4 op de Foreign Policy-lijst). ‘Een ieder die beweert dat we afstevenen op een recessie, en misschien wel de ergste sinds de Grote Depressie, zuigt de definitie van recessie uit zijn duim’, schreef hij in The Washington Post onder de kop ‘Stop het gesomber over de economie’. Een dag later vroeg Lehman Brothers faillissement aan.

Een opmerkelijke lijst is ook die van Newsweek, dat ter gelegenheid van de jaarwisseling de global elite ofwel de 50 machtigste mensen ter wereld portretteert. Het opmerkelijke schuilt niet zo zeer in de volgorde (ook hier staat Obama op de eerste plaats, gevolgd door de Chinese president Hu Jintao), alswel in de geografische spreiding.

Ook hierbij moet de Amerikaanse achtergrond van het blad worden verdisconteerd: er staan (te) veel Amerikanen op de lijst. Maar dan nog frappeert het geringe aantal Europeanen, namelijk 6, van wie er twee aan het hoofd staan van internationale instellingen (Dominique Strauss-Kahn van het IMF en paus Benedictus XVI). Azië is met 9 coryfeëen vertegenwoordigd en het Midden-0osten met 7. De Europese Unie afficheert zich graag als een baken van democratie en vooruitgang. Ik zou zeggen: iets meer machtsontplooiing is daarbij geen overbodige luxe.

Diepste val

In dit laatste weekoverzicht van het jaar past ook een eigen lijstje. Hier volgen de vijf kopstukken die de diepste val hebben gemaakt in het afgelopen jaar, en het vijftal dat het meest aan prestige heeft gewonnen. Eerst de tuimelaars:

5. Thabo Mbeki. De Zuid-Afrikaanse president werd opzijgezet door rivaal Jacob Zuma en miste de kracht c.q. de moed om de dictator van buurland Zimbabwe de pin op de neus te zetten.

4. John Edwards. Mr. Nice Guy, die graag goede sier maakte met zijn van een zware ziekte herstelde echtgenote, bleek toch niet zo’n brave echtgenoot. Geen kabinetspost voor hem.

3. Rudolph Giuliani. De favoriet voor de Republikeinse nominatie gokte volledig verkeerd en was geëlimineerd voordat zijn campagne goed en wel van Ground Zero tot 9/11 had geteld.

2. Yves Leterme. ‘Hij is ieder moreel krediet kwijt om een rechtsstaat te leiden’ (De Morgen).

1. Bernard Madoff. De duurste luchtbel aller tijden: van 5.000 dollar (beginkapitaal) tot 50 miljard en weer terug.

Stijgers

En dan nu de top-vijf van de stijgers (in dit jaar vol tegenspoed duidelijk kleiner in aantal dan de tuimelaars):

5. Gordon Brown. Daadkracht in de kredietcrisis bezorgde de Britse premier een new lease on life.

4. Ingrid Betancourt. Voormalige Colombiaanse presidentskandidaat toonde hartverwarmende veerkracht na bevrijding uit haar barre gevangenschap. Zou na haar sabbatical zeer wel op de voorgrond kunnen treden.

3. Nouri al-Maliki. Hij kwam in 2006 aan de macht omdat hij zo zwak was, en vaak leken zijn dagen geteld. Maar door behendig manoeuvreren heeft de Iraakse premier zijn positie aanzienlijk versterkt.

2. Nicolas Sarkozy. Overal waar hij optrad, maakte hij de blits, zelfs al stelde de voorstelling eigenlijk niet zo veel voor.

1. Barack Obama. Een keuze waaraan niet te ontkomen is. De man, het mandaat, de missie. En nu maar hopen dat hij in december 2009 niet op het andere lijstje eindigt.

About this publication