“Newspeak” by Bush

<--

woensdag 18 maart 2009 door NRC Handelsblad

Newspeak van Bush

Decennia lang was het gemeengoed om het oeuvre van George Orwell te interpreteren als een aanklacht tegen het totalitarisme. De ‘newspeak’ uit Nineteen Eighty-Four, waarin leugen tot waarheid werd en omgekeerd, was immers kenmerkend voor de Sovjet-Unie. Deze uitleg was toch iets te beperkt. Ook ex-president Bush blijkt bedreven te zijn in ‘newspeak’. Op 6 september 2006 onthulde hij dat de CIA bij verhoren in de strijd tegen terrorisme inderdaad „an alternative set of procedures” hanteerde. Maar die waren in overeenstemming met Grondwet en verdragen, verzekerde Bush.

Afgelopen weekeinde onthulde The New York Review of Books de inhoud van een vertrouwelijk rapport van het Rode Kruis over deze ‘alternatieve’ praktijk. Het Rode Kruis heeft dit rapport niet voor de openbaarheid opgesteld, om te voorkomen dat de gedetineerden politieke verklaringen afleggen of zich juist inhouden uit angst voor represailles.

Op grond van gedetailleerde en gevarieerde getuigenissen concludeert het Rode Kruis dat talloze verhoorpraktijken van de CIA neerkomen op „marteling” en andere „inhumane en wrede behandelingen”, zoals gedefinieerd en verboden in de Conventies van Genève. Bush is zich daar ook bewust van geweest. Al in de zomer van 2002 keurde zijn regering een memorandum van het ministerie van Justitie goed, waarin het begrip ‘marteling’ zeer ruim werd opgevat. Een verhoormethode kon volgens het departement alleen als marteling worden bestempeld als de veroorzaakte pijn voelde als een „fysiek letsel zo hevig dat de dood, of het verlies van een orgaan dan wel lichaamsfunctie voor de hand zou liggen”. Het Witte Huis moet hebben geweten waarop dit kon uitdraaien. Het is vermoedelijk geen toeval dat voormalig vicepresident Cheney net afgelopen weekeinde voor de televisie verscheen om het eigen beleid als „absoluut noodzakelijk” te verdedigen en president Obama aan te vallen als te zachtaardig in de oorlog tegen het terrorisme.

Cheney kan zich die vlucht naar voren permitteren. Buiten de VS dreigt geen juridisch gevaar, omdat Amerika als een van de weinige westerse landen het Internationaal Strafhof niet erkent. In eigen land gaat Cheney ook vrijuit. Obama heeft een onderzoek naar de werkwijzen van de CIA gelast, maar wil voor het overige een streep zetten. Bovendien is onder Bush een wet aangenomen die immuniteit verleent aan iedereen die deelneemt aan de ‘war on terror’. Dat is niet zo gek. Enige immuniteit is gerechtvaardigd om te voorkomen dat politici en ambtenaren moeten vrezen voor de cel telkens als er een andere regering aan de macht is.

Toch is deze redenering onbevredigend. De aanwijzingen stapelen zich nu op dat de Amerikaanse regering van Bush betrokken is geweest bij handelingen die in strijd waren met de eigen Grondwet en internationale verdragen. Maar de reactie daarop is, noodgedwongen, vooral moreel van aard.

Voor het politieke prestige van de VS als rechtsstaat zou het daarom goed zijn als Obama toch instemt met een breder onderzoek door een onafhankelijke openbare aanklager.

About this publication