Balkenende To Confess to Obama

<--

Vandaag wordt premier Jan Peter Balkenende (CDA) op het Witte Huis ontvangen door de Amerikaanse president Barack Obama, zojuist terug gekeerd uit Ghana.

Balkenende wordt vergezeld door minister van Buitenlandse Zaken Maxime Verhagen (CDA) en Renée Jones-Bos, de Nederlandse ambassadeur in Washington. Met dit bezoek, zijn vierde, op het Witte Huis, komt Balkenende op gelijke hoogte met Ruud Lubbers (CDA).

Prachtig land

De eerste Nederlandse premier die deze eer te beurt viel was Willem Drees (PvdA). Toen die op 11 januari 1952 aan boord stapte van een ‘Superconnie’ van de KLM met als reisdoel Amerika, wist hij niet eens of president Harry Truman hem wel zou ontvangen.

Uiteindelijk sprak Truman tien minuten met de sociaaldemocratische voorman. Na afloop verklaarde de premier zonder mankeren dat er geen enkele belangrijke internationale kwestie besproken was.

De twee hadden het vooral gehad over het staatsbezoek later dat jaar van koningin Juliana en over het carillon dat zij uit dankbaarheid voor de steun in de Tweede Wereldoorlog aan het Amerikaanse volk wilde schenken.

Dat de premier met de president had gesproken is in Nederland groot nieuws. Op Schiphol wordt Drees verwelkomd door zijn vrouw, zijn kinderen en drie ministers. ‘Wat vindt Drees van Amerika?’ ‘Een machtig en prachtig land.’

Klassement

Voor Drees en de zeven premiers die na hem het Witte Huis betreden zijn die ontmoetingen een stuk belangrijker dan voor de presidenten. Aan de bij wijze van spreken met een chronometer bijgehouden duur van de gesprekken wordt een welhaast magische betekenis toegekend.

Loopt een onderhoud uit dan stijgt Nederland op datzelfde moment een aantal plaatsen in het klassement van de belangrijkste naties.

Soms heeft dat uitlopen een nogal prozaische reden. Zo vond Lubbers in 1983 dat zijn gesprek met Ronald Reagan nogal stroef was verlopen. Daarom vroeg hij ‘bij het weggaan’ aan de voormalige filmacteur hoe hij over de hedendaagse film dacht.

Reagan liet zich dat geen twee keer vragen, ging er eens goed voor zitten en begon uit te weiden over de verwording van de contemporaine cinema. Het gesprek duurde dus veel langer dan was voorzien.

Balken

Bijzonder slecht trof premier Joop Den Uyl (PvdA) het bij zijn bezoek in 1975. President Gerald Ford had een diner in smoking voor hem aangericht.

Henry Kissinger, die als minister van Buitenlandse Zaken aanzat, schreef in zijn mémoires dat Den Uyl vanuit Den Haag duidelijk het consigne mee had gekregen om niet te provoceren en niet te beleren.

‘Maar dat kunstje kreeg hij maar niet onder de knie.’ De avond viel hoe dan ook in het water, want de gastheren liepen steeds van tafel weg om een door de Rode Khmer veroorzaakte crisis met een Amerikaanse vrachtschip het hoofd te bieden.

Net als George Bush zal Obama wel moeite hebben met de achternaam van zijn gast. Waarschijnlijk zegt hij zoiets als ‘Zjen Peetur Balkende’. In het Nederlands is balken de spraak van een ezel en dus een belediging.

Maar het toeval wil dat de ezel in Amerika het symbool is van de Democraten, de partij van de president. Uit de mond van Obama kan ‘Balkende’ dus nooit als een affront zijn bedoeld.

About this publication