Years of Missed Opportunities

<--

Toen in 1991 de Sovjetunie viel, moesten ook de laatste pessimisten toegeven dat de wereld met de val van de Muur in november 1989 was veranderd. Pas in 1991 durfde ook president Bush senior van een nieuwe wereldorde te spreken die kansen bood op duurzame vrede.

Wat heeft de Europese revolutie uiteindelijk opgeleverd? Behalve vrijheid en democratie in Midden- en Oost-Europa, te weinig. Zeker, de uitbreiding van de Navo en de Europese Unie was in lijn met Emanuel Kants these van de democratische vrede: democratische landen zijn stabiel en voeren onderling geen oorlog, dus moeten de Warschaupactdictaturen zo snel mogelijk in het democratische kamp worden verankerd. Dat lukte, maar op de Russen had dit Kantiaanse project een averechts effect. Zij vonden de eenwording van Duitsland en het overlopen van voormalige satellieten naar de Navo een ultieme vernedering die de relatie tot op de dag van vandaag verzuurt.

Ik heb altijd het gevoel gehad dat het einde van de Koude Oorlog de leiders in het Witte Huis overviel. Hun verre voorgangers Wilson en Roosevelt ontwikkelden tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog blauwdrukken voor een betere wereld. Zij kwamen met grootse ideeën als de Volkerenbond en de Verenigde Naties. Bush en Clinton kwamen met niets. Zij waren onmachtig om de historische jaren van absolute Amerikaanse macht aan te wenden voor een nieuwe wereldorde op basis van efficiënte internationale instituties en effectief internationaal recht.

Even gloorde er hoop toen Bush De Oude in 1991 constateerde dat ondergang van het communisme de kans bood om gemakkelijker binnen de Veiligheidsraad overeenstemming te krijgen om in de wereld vrede en veiligheid te bevorderen. De eerste testcase was Irak, dat Koeweit was binnengevallen.

Het was inderdaad verbluffend hoe snel de Veiligheidsraad Amerika een mandaat gaf om Koeweit te ontzetten. Daarna bleek het ook simpel om goedkeuring te krijgen voor ingrijpen in het imploderende Joegoslavië.

Het ging mis toen het Westen zich steeds minder van de rest van de wereld ging aantrekken en zonder VN-mandaat ingreep in Kosovo (1999) en vervolgens Irak (2003). In plaats van in te zetten op effectief ’multilateralisme’, gleden de Verenigde Staten, gesteund door een paar trouwe bondgenoten, af naar belangenbehartiging. Ze kwamen op ramkoers met de rest van de wereld. China en Rusland zagen in dit machtsvertoon een nieuwe vorm van imperialisme waardoor het wantrouwen over de westerse bedoelingen groeide. Uiteindelijk leidde deze politiek tot de verzwakking van het Westen zelf, toen bleek dat het brengen en handhaven van de vrede makkelijker gezegd was dan gedaan.

De wereld bleek niet maakbaar. Inmiddels zitten ’we’ ruim 15 jaar in de Balkan, was ’Kosovo’ een Pyrrusoverwinning, is Irak voor de Amerikanen slecht afgelopen en dreigt Afghanistan een ramp te worden.

Ik denk dat Bush en Clinton een stuitend gebrek aan visie aan de dag hebben gelegd en dat zij de ongebreidelde Amerikaanse macht niet hebben gebruikt om, zoals Wilson en Roosevelt poogden, vrede door internationaal recht te scheppen –waardoor veiligheid en stabiliteit de komende decennia beter gewaarborgd zouden zijn. In plaats daarvan maakte de VS onwijs, eenzijdig en weinig effectief gebruik van militaire macht, veelal zonder deugdelijke juridische legitimatie, de norm. Gedrag dat zijn dieptepunt beleefde onder Bush junior.

Het gevolg is dat Obama deze week in China openlijk moest erkennen dat de wereld wederom was veranderd. Hoe zullen toekomstige historici naar die jaren van westerse superioriteit van vlak na de val van de Muur kijken? Ik denk als de jaren van de gemiste kansen.

About this publication