The Distrust of Conservative America

<--

Het wantrouwen van conservatief Amerika

Bart Kerremans analyseert de Republikeinse verkiezingsuitslag in Iowa. Kerremans is professor internationale relaties en Amerikaanse politiek aan de KU Leuven.

Romney staat voor een evenwichtsoefening: hij moet meer conservatieve kiezers aan zijn kant krijgen zonder te veel gematigde kiezers aan Paul kwijt te spelen. Het argument dat hij als enige Obama kan verslaan, staat daarbij centraal

Met de caucuses in Iowa hebben de Republikeinen het startschot gegeven van het proces waarin Obama’s belangrijkste tegenstander bij de presidentsverkiezingen van 6 november zal worden aangeduid. Het zal snel worden gevolgd door de primaries in New Hampshire (10 januari), South Carolina (21 januari) en Florida (op 31 januari). Wat is de betekenis van de uitslag in Iowa?

Ten eerste is organisatie de grote overwinnaar. De drie best scorende kandidaten (Romney, Santorum en Paul) stonden immers sinds maanden bekend als de drie kandidaten met de best uitgebouwde organisatie in deze dunbevolkte landelijke staat. Zowel Romney als Paul vielen daarvoor terug op de organisatie die ze reeds bij de vorige Republikeinse voorverkiezingen in 2008 hadden uitgebouwd. Santorum had daar het laatste jaar enorm in geïnvesteerd en dit ondanks zijn voortdurend lage scores in de peilingen. Hij gokte daarbij dat hij klaar moest staan wanneer de immer twijfelende conservatieve Republikeinen na hun korte idylles met achtereenvolgens Bachmann, Perry, Cain en Gingrich opnieuw op zoek zouden gaan naar een kandidaat die hun ideeëngoed het beste kon vertegenwoordigen.

Het bleek een juiste gok te zijn. En Santorum koppelde deze gok aan een onverdroten, koppige campagne voor een zaak die verloren leek. Van alle kandidaten organiseerde hij veruit de meeste meetings in Iowa ook al kwamen daar tot half december amper mensen op af. Vooral bij evangelische christenen had dit een effect. Vorige week gaf een peiling van de Des Moines Register nog aan dat hun aandeel in de caucusgangers veel lager zou uitvallen dan in 2008. De resultaten van gisteren geven aan dat dit niet zo is. Hun aandeel bereikte opnieuw bijna 60 procent. Blijkbaar is Santorum, die bij deze groep veruit het beste scoorde, erin geslaagd veel van deze mensen op het laatste nippertje naar de caucuses te krijgen en het legt hem geen windeieren.

Wanhoopspoging

De rol van de caucuses in Iowa (en de primary in New Hampshire) bestaat er immers vooral in het deelnemersveld uit te dunnen. Door mee bovenaan te eindigen kunnen Santorum en Paul nu naast Romney blijven dingen naar de Republikeinse nominatie. Voor de andere kandidaten is de race zo goed als afgelopen. Gingrich lijkt van plan een wanhoopspoging te ondernemen in South Carolina maar daar zal hij het moeilijk krijgen omdat Santorum nu snel zal uitgroeien tot dé kandidaat van de religieus-conservatieve kiezers, een groep die Gingrich in november vorig jaar nog wel het voordeel van de twijfel wilde geven maar die nu resoluut de kant van Santorum zal kiezen. Gingrich’ soms twijfelachtige conservatisme zal Santorum zeker helpen. Die kan maar hopen dat het zo zal lopen. Volgende week in New Hampshire valt immers niet echt een sterk resultaat van hem te verwachten. De kiezers zijn er minder conservatief en tevens is er een sterke libertaire aanhang. Romney en Paul zullen er dus sterk scoren. Santorum mag hopen dat beiden de prijs gelijk onder elkaar zullen verdelen zodat Romneys favorietenstatus niet al te zeer versterkt is voor de primary in het conservatieve South Carolina plaatsvindt. Ondertussen krijgt Santorum de tijd om kapitaal te verzamelen via conservatieve fundraisers. Dat zal hij nodig hebben gezien de grote financiële slagkracht van Romneys campagne.

Verzwakt

Romney zal niet gelukkig zijn met zijn uitslag in Iowa. Eigenlijk legt ze ondanks zijn nipte overwinning zijn belangrijkste zwakte bloot. Door conservatief Amerika wordt hij gewantrouwd en als een noodzakelijk kwaad gezien om Obama uit het Witte Huis weg te krijgen. Met Santorum als tegenstander zal hij echter verder in conservatieve richting worden geduwd, iets wat hem kan verzwakken in een mogelijk strijd met Obama in november.

Verder kan Romney hopen dat het grootste deel van Ron Pauls aanhang uiteindelijk zijn kant zal kiezen, zeker na een mogelijks afgetekende overwinning in New Hampshire. Maar Pauls sterke score in Iowa zal dit ongetwijfeld moeilijker maken, ook al omdat hij en Romney voor een groot deel dezelfde kiezers lijken aan te trekken: meer gematigde Republikeinen. Wat ze daarnaast bij de meer conservatieve Republikeinen halen heeft heel uiteenlopende oorzaken. Bij Paul gaat het om principiële libertaire kiezers die geen overheidsbemoeienis willen. Bij Romney gaat het om conservatieven die geloven dat hij de enige is die van Obama kan winnen.

Romney staat dus voor een moeilijke evenwichtsoefening. Hij moet meer conservatieve kiezers aan zijn kant krijgen zonder te veel gematigde kiezers aan Paul kwijt te spelen. Het argument dat hij als enige Obama kan verslaan zal daarin centraal staan. Of hoe het resultaat van Iowa in de verdere Republikeinse race zal blijven doorspelen.

About this publication