Obama’s Sweet Victory Cut Short

<--

‘Obama moet al vaststellen dat de zoete smaak van overwinning niet lang heeft geduurd’

Terwijl het ongeloof bij de Republikeinen over de winst van Obama nog steeds voortduurt, ligt er een enorme klus op zowel die partij als de Democraten van Obama te wachten, schrijft buitenlandcommentator Paul Brill.

De stroom van nabeschouwingen over de uitslag van de Amerikaanse presidentsverkiezingen is nog steeds niet opgedroogd. Vooral niet in het Republikeinse kamp, want daar is de nederlaag van Mitt Romney hard aangekomen. Weliswaar kwam diens campagne moeizaam op gang, maar na het eerste, voor president Obama desastreus verlopen tv-debat groeide bij de Republikeinen de hoop dat hun vaandeldrager alsnog zou zegevieren. Dat de meeste peilingen in het zwaar bevochten Midden-Westen toch een kleine voorsprong voor de president bleven uitwijzen, werd miskend of toegeschreven aan de foutmarge.

Groot was dan ook de Republikeinse ontgoocheling toen op 6 november bleek dat ze in de slag om het Witte Huis (en de Senaat) het onderspit hadden gedolven. En nog wel in ruime mate. Obama wist bijna alle swing states te veroveren, wat resulteerde in een onverwacht ruime meerderheid in het kiescollege.

Sommige politieke waarnemers zijn dan ook geneigd om aan dit verkiezingsresultaat evenveel betekenis toe te kennen als aan Obama’s historische zege in 2008. In Time spreekt Joe Klein zelfs van een ‘keerpunt’ in de Amerikaanse geschiedenis. De uitslag toont aan dat ‘het voor een politieke partij die raciaal op één golflengte zit en slechts geworteld is in het platteland en bepaalde regio’s, niet langer mogelijk is om het presidentschap in de wacht te slepen’.

Voor deze stelling is veel te zeggen. Kijk naar de electorale kaart van de Verenigde Staten, en je ziet de structurele zwakte van de Republikeinen. Texas is nog het enige bastion van betekenis. Ook de staten in het westelijke binnenland kleuren altijd rood, maar daar wonen niet veel mensen. We weten al bijna niet beter dan dat Californië, verreweg de grootste staat, kiest voor de Democratische presidentskandidaat, wat evenwel in een niet zo ver verleden anders was: tot en met George Bush senior zegevierde hier meestal de Republikein. Zelfs in het Zuiden is het Republikeinse overwicht niet meer wat het de afgelopen veertig jaar geweest is – Virginia, ooit de leidende staat van de Confederacy, koos op 6 november wederom voor Obama.

Ongemakkelijke waarheid

De grote vraag is of de Republikeinen er eindelijk aan toe zijn om deze ongemakkelijke waarheid onder ogen te zien. Dat wil zeggen: zijn er nog voldoende pragmatische krachten in de partij die inzien dat er echt een paar ideologische bakens moeten worden verzet om weer aansluiting te vinden bij bevolkingsgroepen, zoals jongeren, vrouwen en Latino’s, die duidelijk weinig affiniteit hebben met het geharnaste rechtse gedachtegoed? Of wordt de toon eens te meer gezet door de rechtervleugel, die de oorzaak van de nederlaag zoekt in Romney’s wending naar het midden (ofschoon hij toen pas weer een serieuze kans leek te maken)?

In de media overheersen de stemmen die pleiten voor een minder doctrinair, moderner conservatisme, dat breekt met het virulente anti-immigratiesentiment en de overheid niet langer als kwaadaardig gezwel afschildert. Maar er mag niet van worden uitgegaan dat deze geluiden ook de stemming bij de grass roots weergeven. Daar tiert het fundamentalisme welig, compleet met de overtuiging dat Obama zijn zege heeft te danken aan massale stembusfraude.

Een eerste aanwijzing van de koers die de Grand Old Party gaat volgen, komt snel: voor het eind van het jaar moeten het Witte Huis en het Congres het eens worden over een pakket maatregelen dat het begrotingstekort terugdringt zonder de economie in het ravijn te storten. De Republikeinse sleutelfiguur op dit punt is John Boehner, de voorzitter van het Huis van Afgevaardigden. Vorig jaar durfde hij een begrotingsakkoord met het Witte Huis niet aan, uit angst voor een splitsing in de eigen gelederen. Mogelijk heeft de verkiezingsuitslag die angst wat kleiner gemaakt. Een compromis met een zojuist herkozen president is beter te verkopen.

Krachtproef

Maar zo’n compromis blijft een enorme krachtproef. Ook voor Obama, die nu al moet vaststellen dat de zoete smaak van de overwinning kort heeft geduurd. Byebye honeymoon. Er liggen alweer twee onverkwikkelijke dossiers op zijn bureau: het schandaal rond generaal Petraeus, dat in negatieve zin kan afstralen op het Witte Huis, en de zoveelste confrontatie tussen Hamas en Israël.

Bovendien is deze president wijs genoeg om te beseffen dat keerpunten zelden onherroepelijk zijn in de Amerikaanse politiek. Al lijkt de demografie de Democraten in de kaart te spelen, ze zullen beslist worden gestraft als ze toegeven aan de arrogantie van de macht – zie wat er in 2010 gebeurde met Edward Kennedy’s Senaatszetel in Massachusetts. En er zit bij de Republikeinen, die op meerdere fronten aan machtsfactor blijven, het nodige nieuwe politieke talent op het vinkentouw, eigenlijk meer dan bij de Democraten.

About this publication