Still a Utopian Dream: A United Canamerica

<--

Vorige maand verscheen in Canada een boek, getiteld Merger of the Century: Why Canada and America Should Become One Country. Het hoofdmotief voor een samengaan van de twee Noord-Amerikaanse landen is dat ze los van elkaar te zwak zijn om de economische uitdaging van de opkomende mogendheden, in het bijzonder van China, het hoofd te bieden. Dit is geen onzin, maar politiek gesproken is het een utopie, zegt columnist Paul Brill.

De verhouding tussen Canada en de Verenigde Staten heeft wel iets weg van die tussen België en Nederland – alleen is het formaat der dingen natuurlijk aanzienlijk groter. Net zoals het geval is met de Lage Landen zijn er een paar pijnpunten, maar geen onverkwikkelijke politieke geschillen. Men heeft het nodige met elkaar gemeen en komt graag bij elkaar over de vloer.

Zoals Vlamingen momenteel Nederland veroveren, hebben veel Canadezen al eerder met succes hun geluk beproefd in de VS. Tegelijk zijn de verschillen in landsaard en nationale ambitie een rijke bron voor grappen en wederzijdse plaagstoten, met een portie meewarigheid aan de kant van het grotere land en een qua omvang wisselende dosis stekeligheid bij het kleinere.

Zwitserland zonder zakmessen

Neem wat een Amerikaanse senator zei over het Canadese leger, dat hem deed denken aan dat van Zwitserland, ‘maar dan zonder zakmessen’. Of satiricus Jon Stewart die zei: ‘Ik ben in Canada op bezoek geweest en ik kreeg sterk de indruk dat ik het land in twee dagen zou kunnen overnemen.’

Een welbekende Canadese tegenzet: ‘Canadezen hebben niet alleen gevoel voor humor, maar ze kunnen het ook spellen.’ Dat gevoel voor humor omvat tevens een talent voor milde zelfspot. Van de Canadese politicus Preston Manning komt deze observatie: ‘Een optimist in Canada is iemand die denkt dat het allemaal nog veel erger kan.’

Kortom, er valt wel eens wat te mopperen en er mag op gezette tijden de draak met elkaar worden gestoken, maar aan beide kanten wordt een solide nabuurschap op waarde geschat. Of laat de relatie toch nog wel wat substantieels te wensen over? Af en toe gaan er stemmen op die dat inderdaad betogen. En soms met een verrassende teneur. Vorige maand verscheen in Canada een boek, getiteld Merger of the Century: Why Canada and America Should Become One Country.

Auteur is Diane Francis, een publiciste die haar sporen heeft verdiend in diverse Canadese bladen. Het boek trok dan ook de aandacht. Ook in de VS, waar het tijdschrift Foreign Policy er een stevig artikel aan wijdde onder de kop The Case for Canamerica.

Het hoofd bieden aan China

Het hoofdmotief van Francis’ pleidooi voor een samengaan van de twee Noord-Amerikaanse landen is dat ze los van elkaar te zwak zijn om de economische uitdaging van de opkomende mogendheden, in het bijzonder van China, het hoofd te bieden. Met name Canada is kwetsbaar voor economische penetratie. Het land mist ook de potentie om op eigen kracht de natuurlijke rijkdommen in het uiterste noorden te exploreren en zich te doen gelden in het Noordpoolgebied. Het vrijhandelsakkoord tussen de VS en Canada heeft te weinig om het lijf om dit manco te kunnen compenseren.

De economische argumenten die Francis aanvoert, zijn geen onzin en de achterliggende strategische overweging is dat evenmin. Maar politiek gesproken is het denkbeeld van een Canamerica – of Americanada, wat iets resoluter klinkt – natuurlijk een utopie. Zeker op dit moment: met de voortdurende politieke impasse in Washington zullen de Canadezen zich wel twee keer bedenken voordat ze aansluiting zoeken bij de grote zuiderbuur; op hun beurt zitten de Amerikanen niet te wachten op inlijving van het Quebecse separatisme (of de komst van meer Justin Biebers).

Bovendien beseffen de Republikeinen maar al te goed dat het alleen maar moeilijker voor hen wordt als ze ook de steun moeten verwerven van dertig miljoen Canadezen met hun Obamacare-plus en andere ‘Europese’ onhebbelijkheden. Dat is ook een reden waarom Puerto Rico het nooit tot staat heeft gebracht – want dat zou bijna zeker twee extra Democratische zetels in de Senaat betekenen.

Mondiale trend

Los van dit soort overwegingen, is er het simpele feit dat de mondiale trend bepaald niet richting grotere staatkundige eenheden gaat. Eerder het tegendeel. In de afgelopen halve eeuw heeft zich maar één geslaagde ‘fusie’ voltrokken: de Duitse hereniging. In Vietnam ging het veeleer om een herovering en het herenigde Jemen is feitelijk een failed state. Andere pogingen om landsgrenzen definitief te elimineren zijn nooit verdergekomen dan de tekentafel. Jawel, er is het Europese project. Maar dat wordt inmiddels op kousenvoeten uitgevoerd. Op een enkele verstokte federalist na, fantaseert niemand meer openlijk over een Verenigde Staten van Europa. De kans op een volwaardige politieke unie is net zo groot of klein als de kans dat Europa er nog een onafhankelijk Schotland of Catalonië bijkrijgt.

De ongemakkelijke paradox is dat er in de financieel-economische sector juist wel steeds grotere eenheden ontstaan. Maar de natiestaat pleegt zich nu eenmaal diep te nestelen in het bewustzijn van zijn bewoners. Zelfs Canada, door communicatie-goeroe Marshall McLuhan ooit getypeerd als ‘het enige land ter wereld dat door het leven weet te gaan zonder identiteit’

About this publication