Trump’s Persistent Interruptions Did Not Distract Biden during 1st Debate

<--

De verwoede interrupties van Trump brengen Biden tijdens het eerste debat niet van zijn stuk

De gezichten van Donald Trump en Joe Biden vertelden bij binnenkomst al het verhaal van hun debat dinsdagavond. Trump keek somber en dreigend, Biden had zijn glimlach meegenomen.

De ontmoeting tussen de zittende president van de Verenigde Staten en zijn Democratische uitdager werd vanaf het eerste begin een verbale trek- en duwpartij, waarbij vooral Trump nauwelijks te stuiten was in zijn interrupties. Tegen het einde werd hij door debatleider Chris Wallace van Fox News als een schooljongen toegesproken over zijn overtredingen en opgedragen zich te houden aan de regels die de kandidaten overeen waren gekomen.

Vooraf hielden Democratische adviseurs en aanhangers van Biden hun hart vast dat hij niet opgewassen zou zijn tegen de dominante stijl van zijn tegenstander. Die zou hem uit de tent kunnen lokken en tot onhandige uitspraken verleiden. Zelfs hakkelen of zich vergissen in woorden zou door Trump al kunnen worden uitgelegd als symptomen van al te ver gevorderde ouderdom.

Maar Biden bleef negentig minuten lang overeind.

Soms sprak hij Trump emotioneel tegen, met name toen die begon over Bidens zoon Hunter en diens volgens hem corrupte activiteiten in China en Oekraïne, en zijn ontslag uit de krijgsmacht. “Mijn zoon heeft problemen gehad met drugs, maar hij heeft ze overwonnen en ik ben trots op hem!”

Democraat Joe Biden tijdens het debat.Beeld AFP

Vaker glimlachte hij hoofdschuddend. Een keer zei hij vinnig toen hij weer eens werd onderbroken: “Blijf jij maar lekker keffen, man”. Andere keren wees hij verwijten eenvoudig van de hand: “Niet waar, niet waar”.

Biden richtte zich vaak rechtstreeks tot de kijkers

En terwijl Trump vooral naar Biden keek, richtte Biden zich in de minuten dat hij ongestoord aan het woord kon komen regelmatig rechtstreeks tot de kijkers. “Hij heeft geen plan”, zei hij bijvoorbeeld over de gezondheidszorg, een van de onderwerpen waar de kiezers het meest op letten. Trump wierp tegen dat hij net een aantal decreten had ondertekend die medicijnen goedkoper zouden maken. “Insuline wordt enorm goedkoop, alsof het water is.”

Uiteraard was de coronapandemie, waaraan inmiddels bijna 206.000 Amerikanen zijn overleden, een belangrijk onderwerp. Daarbij was goed te merken dat Trump er al maanden kritische vragen over beantwoordt van journalisten.

Biden citeerde de geruststellende verklaringen van Trump uit het begin van de pandemie en zijn bekentenis aan journalist Bob Woodward dat hij het gevaar van het virus had gebagatelliseerd ‘om geen paniek te veroorzaken’. Biden: “Hij raakte zelf in paniek!”

Trump bracht daar tegenin dat hij helemaal in het begin een rem had gezet op reizigers uit China en dat Biden die maatregel had afgekeurd. Volgens hem willen de Democraten niet dat de economie weer van het slot gaat voor de verkiezingen, puur uit politieke overwegingen. En hij hekelde de aanpak van de varkensgriep in 2009 en 2010, door de regering van Barack Obama toen Joe Biden vicepresident was. “Maar wij hoefden de economie niet dicht te gooien”, riposteerde Biden.

Alsof ze in twee verschillende landen leefden

Ook over het onderwerp racisme spraken de twee kandidaten alsof ze in twee verschillende landen leefden. Biden sprak bijna verontschuldigend over de achterstelling van met name Afro-Amerikanen in de VS. “Wij Democraten hebben die gelijkheid niet bereikt, maar we zijn er ook nooit voor weggelopen.” Trump verwees naar Bidens voortrekkersrol bij het aannemen in 1994 van de wet op de bestrijding van geweldsmisdrijven, die leidde tot een enorme groei van het aantal gevangenen in de VS, vooral zwarten. “Je noemde hen superroofdieren! Ik ben ze aan het vrijlaten.” Om vervolgens een draai te maken naar het handhaven van de wet: “De mensen in dit land willen orde en recht!” Hij verdedigde zijn recente verbod op trainingen en schoolpakketten die racisme moeten tegengaan. “Ze onderwijzen dat Amerika een slecht, racistisch land is.”

Beide kandidaten werd gevraagd, geweld van links en rechts te veroordelen. Biden deed dat en zei dat Trump juist graag olie op het vuur gooit. Na aandringen van debatleider Wallace vroeg Trump om namen van groepen waar hij dan iets over zou moeten zeggen. Toen vervolgens de Proud Boys werden genoemd, zei hij kortweg: “Proud Boys: stop nu en hou je klaar. Maar iemand moet iets doen aan antifa en links, want dit is geen rechts probleem, het is een links probleem.” Dat ‘hou je klaar’ was in de commentaren in de media na afloop een van de meest bekritiseerde uitspraken van de president.

De Republikeinse kandidaat, president Donald Trump.Beeld AFP

Volgens een bliksemenquête van CNN onder kijkers naar het debat vond 60 procent dat Biden het er het beste had afgebracht, maar 28 procent koos Trump als de winnaar.

Belangrijker is wat de kiezers ervan vonden en wat die op 3 november zullen zeggen. In de laatste woordenwisseling van het debat beloofde Biden de uitslag te respecteren en hij riep de kiezers op om te stemmen. Hoe vroeger hoe beter – in sommige staten kan het al – en per post of in persoon.

Trump leek er al bij voorbaat van uit te gaan dat hem het presidentschap uit handen zal worden geslagen door grootscheepse fraude met stembiljetten die per post aan kiezers worden toegezonden en die volgens hem met politieke bedoelingen worden verdonkeremaand. “Ze worden weggegooid, verkocht, in rivieren gegooid. Er zijn stembiljetten in een afvalbak gevonden met de naam Trump aangekruist. Ze spelen vals. Dit gaat niet goed aflopen.”

About this publication